Aangeleerde eigenschap: creativiteit

In het boek ziekelijk gelukkig worden een aantal eigenschappen genoemd die positief zijn als je een chronische ziekte hebt. Door deze eigenschappen te ontwikkelen maak je je leven met een beperking makkelijker en leuker. Over een aantal van deze eigenschappen vertel ik mijn persoonlijke verhaal.

Natuurlijk krijg je als ‘gezond’ mens al te maken met problemen waarvoor creatieve oplossingen gezocht moeten worden. Maar alles is afgestemd op de gemiddelde mens, en als chronisch zieke heb je aanpassingen nodig. En ja, meestal zijn die niet van tevoren voor je uitgestippeld, je moet je oplossingen zelf bedenken, ontwerpen en ontwikkelen. Creativiteit is dan ook een eigenschap die als chronisch zieke enorm goed van pas komt!

creativiteit

Lees meer

Chronisch ziek en optimistisch? Je bent niet alleen!

Deze blogpost is voor alle dames die steun vinden in mijn blog. Voor de dames die zelf ook moeten dealen met een bepaalde beperking en misschien wel op zoek zijn naar iets van herkenning. Meiden die van lotgenoten gewend zijn dat deze niet zo positief in het leven staan, en dat zelf juist wel heel erg hebben.

Chronisch ziek en optimistisch

Lees meer

Van beperking tot groei

Je zou denken dat een chronische ziekte je alleen maar heel erg beperkt. Ik kan je bij deze vertellen, dit is niet zo. Doordat ik fibromyalgie heb ben ik als mens gegroeid. Ik heb geleerd wat ik wil, dankbaar te zijn, gezond te leven en ik heb leren genieten. Onlogisch? Helemaal niet!


Via weheartit.com

Misschien is het zo dat wanneer je het slechter hebt ervaren, dat je dan dankbaarder wordt als het een klein beetje beter gaat. Een gezond persoon zou ontevreden zijn met mijn gezondheid, dat is een feit. Echt tevreden met mijn gezondheid ben ik niet, zo zou ik het niet durven noemen. Maar ik weet wel dat ik heel erg dankbaar ben dat het nu beter is dan het ooit was. Ik ben dankbaar dat ik nu weer kan leven, in plaats van dat ik moet overleven.

Daarnaast heb ik door mijn beperking een stuk minder energie dan een normaal mens. En dan moeten er keuzes gemaakt worden, wat ga ik wel doen en wat ga ik niet doen? Bij mij is dit allemaal heel erg vanzelf gegaan in het begin, een aantal dingen waren gewoon logisch dat ik deze weg zou strepen. Zo doe ik nu alleen nog de dingen die echt belangrijk voor mij zijn. De dingen die er niet toe doen, die laat ik lekker weg.

Om hier nog even op door te gaan: mijn carriere. Ook hier werd keuzes maken een stuk makkelijker, met mijn verstand en mijn gezonde persoon was alles mogelijk. Zo voelde het in elk geval, ik kon uit elke studie kiezen, ik was overal goed genoeg voor. Toen ik ziek werd had ik iets minder keuze, eerst leken er zelfs geen opties meer over te zijn. Maar nu heb ik wel iets gevonden wat ik kan (3 keer raden wat dat is!). Nu hoef ik ook niet meer te kiezen.

En ik, als persoon, ben veranderd. Het is eigenlijk een heel groot stuk dankbaarheid. Gek is dat, eerst heb je alles en dan ben je nog niet tevreden. Het volgende moment heb je weinig over en ben je dankbaarder dan ooit. Ik ben ervan overtuigd dat dit komt doordat ik heb ervaren wat echt afzien is. Hierdoor weet ik hoe ik moet genieten en ook heb ik hierdoor hard leren werken.

Als je kijkt naar hoe het mij veranderde, dan is de fibromyalgie helemaal niet zo’n negatieve invloed geweest. Het heeft mij wat levenservaring gegeven en het heeft me een hele hoop geleerd. Stiekem ben ik best dankbaar, om wat de fibromyalgie met mijn persoonlijkheid heeft gedaan.

Heb ik nu levenslang?

Laatst hadden we, tijdens het borrelen, een discussie. Hierin hadden we het over verschillende soorten ziekten. Over levensbedreigende ziekten, hoe verschrikkelijk dat is enzo. Maar dan kun je vaak ook beter worden. Maar bij een chronische ziekte, zoals ik heb, blijf je de rest van je leven ziek. Maar moet je je dan ook voelen alsof je ‘levenslang’ hebt gekregen, hierdoor?


Andrea Marutti / Flickr

Wanneer je ziek wordt, dan denk je in eerste instantie dat je wel weer beter wordt. Het gaat vanzelf wel over. En als het niet vanzelf over gaat, dan maakt de dokter me wel weer beter. Meestal gaat het zo. Maar helaas, bij mij en vele anderen ging dat helaas niet zo. Wij blijven ziek, de rest van ons leven.

En als je dan weet dat je ziek bent, dan kun je je aansluiten bij de club met zieke mensen. Deze mensen hebben allemaal levenslang. Deze mensen hebben last van wanhoopsgedachten en zien hun leven uitzichloos. Natuurlijk heeft een aantal van deze mensen geen keus, maar voor veel van hen valt er ook iets anders te kiezen.

Je kan ook kiezen om de dingen te zien die je nog wel kunt. Je kan kiezen voor jezelf, voor je eigen gezondheid. Je kan aan jezelf werken en iets opbouwen. Je kunt een hobby of een baan vinden. Eigenlijk kun je nog heel veel! Welliswaar nog maar 1% van wat een gezond persoon kan, maar je kan nog iets!

Helaas zijn er ook mensen die hierin geen keuze hebben. Zelf heb ik ook weleens gehad dat ik niets kon, alleen nog maar overleven. Hopen dat de dag zo snel mogelijk voorbij was. Maar dit hoefde niet zo te zijn, dokters hadden mij prima pijnstillers kunnen geven waardoor ik wel een leven had, maar dat deden ze niet.

Gelukkig hoor ik niet bij de chronisch zieke mensen club en hoor ik wel bij de mensen met een chronisch positieve instelling. Tenminste, dat vind ik zelf. Dus heb ik door mijn chronische ziekte levenslang gekregen? Een klein beetje, het zal er altijd zijn. Ik noem het liever een (vrij zwaar) blok aan mijn been. Maar geen levenslang!

Ziek of gezond, wat ben ik?

Wie ben ik en wat ben ik? Nee, ik zit niet in de puberteit. En nee, hoef ook niet te kiezen of ik een gothic, emo, huppel, of alto wil zijn. Ik ben me sinds kort heel erg hard aan het afvragen waar ik nu eigenlijk bij hoor. Bij de zieke mensen of bij de gezonde mensen?

Ik heb gemerkt dat de meeste mensen zo denken: Zieke mensen zijn zielig en beperkt en gezonde mensen zijn normaal. Met zieke mensen hoor je rekening te houden en te helpen, en met gezonde mensen niet. Maar als een gezond iemand iets niet kan, of iets anders doet dan normaal, dan anderen roddelt iedereen erover. Helaas is er niet iets als “daartussenin”, nee dat bestaat niet.

Zelf heb ik mezelf voorheen altijd tot de “zieke mensen” moeten rekenen. Op dat moment wist iedereen dat ik een beetje anders was. Je zag het niet aan me, ik zag (en zie er nog steeds) kerngezond uit. Maar aan de hand van mijn gedrag wist iedereen dat ik ziek was.

Lisanne kan niet gymen, Lisanne is bijna nooit op school, Lisanne kan niet vroeg opstaan, Lisanne kan niet zo goed tegen veel druk, Lisanne kan weleens heel moe zijn, Lisanne valt wel eens flauw, Lisanne was gewoon een beetje anders dan iedereen. En daar hield iedereen heel erg goed rekening mee.

En toen voelde ik me opeens stukken beter.

Nu is Lisanne wel bijna altijd op school, nu is ze wel overal bij op school, nu is ze bijna altijd vrolijk. Maar waarom spijbelt ze dan altijd de eerste twee uur? En waarom is ze vaak zo chaggerijnig? Waarom zeurt ze zo als je irritant en druk doet? Waarom heeft zij geen gym? En waarom heeft ze maar 5 vakken?

Foto door assbach op flickr

Je wil niet weten hoe vaak ik nu vragen krijg over waarom ik nou eigenlijk anders ben. En dat snap ik ook wel, ik zit nu bij andere mensen in de klas. Maar wat me wel op is gaan vallen is dat mensen die me eigenlijk wel goed kennen deze vragen ook gaan stellen. Terwijl ze stiekem precies weten wat er aan de hand is, maar het gewoon even vergeten.

Ik voel me nu wel een stuk gezonder. Maar wil dat nu zeggen dat ik opeens moet doen alsof ik een compleet gezond mens ben? Krijg ik nu niet meer het stempeltje chronisch ziek, maar het stempeltje aansteller?

Het stempeltje chronisch ziek gooi ik het liefste meteen in de prullebak, maar jammer genoeg kan dat niet. Van mezelf hoef ik niet te kiezen. Sterker nog: Ik kan nieteens kiezen! Dat doen andere mensen al voor mij. Daarmee wil ik niet zeggen dat iedereen me opeens een aansteller vindt hoor, maar het zijn er toch een stuk meer geworden. En dat terwijl ik me beter voel. Een beetje vreemd is het wel!

Uiteindelijk ben ik allebei, ik gedraag me als een gezond iemand. Maar stiekem ben ik toch wel een beetje ziek. Hoewel, ik zeg het liever anders, heerlijk cliché. Ik ben allebei niet. Ik ben Lisanne. En ik ben gewoon een beetje anders.